De meest gehoorde klacht van de Belg in elke gezondheidspraktijk is moeheid. We lijden aan een energietekort en zijn chronisch vermoeid. Maar … wat betekent die moeheid nu eigenlijk? En hoe komt het dat we zo collectief moe zijn?
Moeheid kan simpelweg een tekort aan slaap zijn. Of het resultaat van een fysieke overbelasting. Echter, in deze twee gevallen ervaren we dit niet als een échte klacht. Vermoeidheid wordt pas een probleem als we de oorsprong ervan niet kunnen verklaren.
Zich moe voelen is helaas geen afgebakend signaal. Het is ook niet uniform gelinkt aan een bepaald ziektebeeld. Bovendien kunnen we de ernst ervan niet meten of eenduidig kwantificeren. Moe zijn is een subjectieve ervaring.
Vermoeidheid is gewoon een van de mogelijke symptomen die een lichaam produceert wanneer het onder druk komt te staan. Het is een resultaat van een lichaam dat niet in optimale omstandigheden kan functioneren. En de reden daarvoor is de sleutel tot beterschap.
Wat kunnen we dan wél met zekerheid zeggen?
Vermoeidheid gaat altijd gepaard met een tekort of schade aan mitochondriën. Onze mitochondriën zijn in oorsprong kleine bacteriën en fungeren als onze powerhouses. Ze zijn de bron van ons bestaan en spelen dé hoofdrol als het gaat over energie. Zowel hun aantal als de kwaliteit is daarom een van de belangrijkste parameters voor ons algemeen welbevinden.
De mens heeft als universele energiebron adenosine-trifosfaat (ATP) nodig. Met behulp van zuurstof verbranden onze mitochondriën vetten, koolhydraten en eiwitten tot ATP-batterijtjes voor ons lichaam.
Roken, fijn stof en luchtvervuiling zijn alvast voorbeelden van factoren die onze mitochondriën beschadigen. Maar ook de pesticiden en herbiciden die wij gebruiken voor het besproeien van onze voeding, maken onze mitochondriën letterlijk stuk.
Echte mensenvoeding vrijwaart onze mitochondriën van schade. Het levert niet alleen de optimale brandstoffen voor ATP-aanmaak, maar voorziet ook de nodige bouwstoffen voor alle mitochondriaal-ondersteunende processen.
Het slim inzetten van de juiste voeding is dus van groot belang bij chronische vermoeidheid. Mooie voorbeelden van ondersteunende voeding zijn tropische vruchten, granaatappels en walnoten.
Ook de manier waarop wij eten dicteert de activiteit, de creativiteit en de efficiëntie van onze mitochondriën. Als wij willen dat onze powerhouses on top of their game blijven en aan energie trekken, dan is het belangrijk om onze voedingsfrequentie onder de loep te nemen. Te veel eetmomenten zorgen ervoor dat wij minder efficiënt energie opnemen en dat wij onze hormoonhuishouding ontregelen.
Insuline en leptine spelen een belangrijke rol in ons energy management. Deze twee hormonen zijn boodschapperstoffen die onze hersenen informatie bieden over hoeveel reserves er beschikbaar zijn voor het lichaam. Is ons lichaam niet meer gevoelig voor deze signalen, dan is de energieverdeling verstoord en kunnen wij chronisch een tekort ervaren.
Voldoende energie op de juiste plaats is een universele voorwaarde voor het goed functioneren van lichaam en geest. Als onze energiereserves niet kunnen worden ingezet daar waar ze nodig zijn, dan ontstaan er problemen.
In de klinische psychoneuro-immunologie weten wij dat de energieverdeling binnen een lichaam vaak onder druk komt te staan. In goede gezondheid hebben wij een mooie distributie tussen onze drie supersystemen: onze hersenen, ons immuunsysteem en ons metabole systeem. Ze werken in harmonie met elkaar.
Bij een gezond bioritme is ons immuunsysteem vooral actief tijdens de nacht, waardoor de reserves overdag beschikbaar zijn voor hersenen en spieren.
Maar als ons immuunsysteem overbelast wordt, kan dit zorgen voor een behoorlijke shift in energieverdeling. Zowel ons hoofd als ons lichaam kan daardoor hinder ondervinden in hun functioneren.
Een egoïstisch immuunsysteem dat alle energie naar zich toetrekt, is een belangrijke oorzaak van vermoeidheid voor vele patiënten. Uit wetenschappelijke gegevens blijkt dat tot wel 95% van alle mensen in geïndustrialiseerde landen aan chronische laaggradige immuun activiteit lijdt.
De langdurige overheersing van één supersysteem gaat langzaam aan ten koste van onze organen. Reserves worden afgebroken en opgelopen schade kan niet worden hersteld. Ons lichaam ervaart een continu tekort en de zoektocht naar energie wordt steeds groter. We blijven moe, wat we ook doen.
Wat wij moeten begrijpen is dat moeheid bovenal een teken is dat ons lichaam een tekort ervaart. Of dat tekort nu aan de juiste voeding ligt, minder immuun belastende stoffen of een betere verdeling, de vraag blijkt ergens in het lichaam groter dan het beschikbare aanbod.
Wanneer we over vermoeidheid praten, is het belangrijk om dit — toch wel heel brede — symptoom eerst onder de loep te nemen. Een goede kPNI-therapeut vertaalt daarom symptomen naar meer duidelijk meetbare signalen. De juiste vragen stellen is van cruciaal belang:
Zo kan ook een gebrek aan zingeving een belangrijke factor zijn. Meerdere factoren worden in kaart gebracht. De film die tot schijnbaar onverklaarbare moeheid heeft geleid, wordt op die manier toch verklaarbaar.
Als wij patiënten die moe blijven echt willen helpen, is kennis en een breder perspectief belangrijk. Alleen zo kunnen we samen uit deze pandemie van chronische moeheid geraken, en stap voor stap een energieker leven leiden.
Kom je meeluisteren op het kPNI-Congres Pijn & Vermoeidheid op 2 en 3 december?
Blijf je graag op de hoogte van ons aanbod? Noteer dan hier je emailadres. We informeren je met plezier via onze nieuwsbrief.